De onzekerheid van de volgende stap.
De beste stap is die welke
in het verlengde van de vorige ligt, de rechte lijn.
In draf, om zeker te zijn van de richting,
Om zeker van de aarde te zijn.
Bij het oversteken levert de patiënt een gevecht
op de toppen van zijn tenen,
tussen klein en groot: hoe
een gezond mens het aanlegt,
vanuit stilstand
in beweging te komen,
om de eerste stap te doen naar de overkant, zo
vraagt de patiënt zich af:
welk been zet ik het eerst? Beide? Linke soep. Hoe
krijg ik dit voor elkaar?
Geef een antwoord
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.